7x de ergste kantoortermen (en 4 regels voor misbruikers)

(Digital) Marketing

Maikel Janssen

Team Lead

Maikel Janssen

Team Lead

Ze worden lukraak in het rond geslingerd, terwijl ze meer irritatie dan begrip opwekken: kantoortermen. Van die jeukwoorden. Exitable gaat al ruim 10 jaar mee in de online marketingwereld en zag de lijst groeien. Herken jij de bekendste en de bewezen allerergste? Vergeet dan zeker de 4 tips voor verbetering niet - of geef ze door aan je manager.

“Een tool voor ons als professionals is een stukje inregelgebeuren. Dan kunnen we integraal sparren, en escaleren we als iemand zonder authenticiteit aantakt. [..] Daarna kunnen we de boel handjes en voetjes geven, en na het uitrollen gaan kantelen en borgen. De facto een hamerstuk met toegevoegde waarde!”

Snap jij het?

Organisatiecoach en auteur bij Jonge Bazen Bert Overbeek laat hier even een staaltje subliem kantoortermen bullshit zien. Onbegrijpelijk wat hier staat. Onleesbaar, zelfs. Woorden die de spellingchecker niet eens herkent.

Wedden dat je (maximaal) bij de 3e zin bent afgehaakt?

Dát zijn nu de termen waar we dagelijks mee te maken krijgen in de kantoorwereld. Telkens wanneer een marketingmanager z’n mond opentrekt, sowieso. Marketing termen worden als een dolle in het rond geslingerd, zonder context en uitleg.

Maar ook de niet-marketeers pikken het een en ander ook razendsnel op. En dat maakt het alleen maar erger. Want niet alleen sla je in dat geval onbegrijpelijke taal uit, je snapt het waarschijnlijk zélf niet eens helemaal.

Check daarom even bij jezelf: ben jij zo’n bullshit-brenger? Een kantoortermen klusjesman, sportfiguur, stuntpiloot, dirty bastard, wildeweg-blater, Engelsman of afkorter? Of misschien herken je hem in je manager, collega of klant? Test het hier.

De kantoortermen test - wie ben (of herken) jij?

Bewustzijn is stap 1 naar een betere, kantoortermen-loze wereld. Daarom staan ze hier, op een rijtje, om je keihard om de oren te slaan, en bewust te maken van je eigen jeukwoorden-gedrag.

Check of je je eigen taalgebruik herkent, dat van je collega’s of (ja, waarschijnlijk sowieso) je manager. Is dat het geval? Dan ben je geoorloofd om dit stukkie uit te printen, en de desbetreffende kantoortermen overtreder ermee om de oren te wapperen. Een vrijbrief, bij dezen.

1. De klusjesman

De klusjesman (of vrouw, bullshitbrengers zijn hartstikke genderneutraal) hoeft niet per sé 2 rechterhanden te hebben. Hij heeft vooral een grote mond. En die slaat er nogal wat onzin uit, met z’n “kantoortermen toolkit”. Hij:

  • tikt af - “even aftikken bij Roger nog, dit rapport”
  • slaat plat - “we moeten dit project echt even helemaal platslaan, jongens”
  • timmert dicht - “laten we die offerte goed dichttimmeren, pure due diligence”
  • sluit kort - “oké, ik ga dit z.s.m. kortsluiten met die account”
  • pakt vanalles op - “pakken we op”, “kun jij dat even oppakken”, “heb ik al opgepakt!”

2. De sportfiguur

Niet heel atletisch dit. Maar het klinkt bijzonder actief. Want waarom normale woorden gebruiken, als er ook deze lekker sportieve kantoortermen zijn!

  • tackelen - schwalbe, sowieso.
  • inschieten - fire in the hole!
  • over de schutting gooien - zo, dat is ook weg.
  • ergens een klap op geven - pats!
  • uitrollen - rollen, rollen, rollen, duizelig.
  • een balletje opgooien - vangen!
  • over het weekend heen tillen - sterk, hé!
  • kort op de bal spelen - wat?
  • een lijntje uitgooien - lekker hengelen.
  • ergens in duiken - vergeet die snorkel niet!

3. De (stunt)piloot

Of de crash coureur. De klutskapitein. Alles dat voortbeweegt, bestuurt deze kantoortermen bullshit brenger, met twijfelachtig succes. Hij kan namelijk heel goed:

  • koers houden
  • aansturen
  • schakelen
  • terugkoppelen
  • meters maken
  • vlieguren maken
  • iets aanvliegen
  • parkeren

4. De blaters

Niet aflatend blaten, dat doen de blaters. Dit zijn met stip de ergsten, omdat ze gewoonweg - net zoals de rest van de wereld - zelf niet weten wat deze woorden betekenen, of wat ze ermee willen zeggen. Omdat deze kantoortermen niks betekenen - of zo alomtegenwoordig zijn, dat ze elke willekeurige betekenis zouden kunnen hebben. Zeg liever niks, blaters. Beter dan:

  • tractie krijgen - klinkt niet als iets dat je wil krijgen.
  • vertaalslag maken - is er een tolk in de zaal?
  • wekend perspectief - liever: weekend perspectief.
  • interne barometer - zo één die van onderen erin gaat?
  • iets levelen - geen woorden.
  • even sparren - erg diep geworteld als jeukwoord, deze boomsoort.
  • iets handen en voeten geven - creepy!
  • kantelen - zo lang de boel niet kapseist.
  • borgen - wát?
  • authentiek - kan dus echt alles zijn, dit.
  • opschalen - zeker doen, zeker doen.
  • uitkristalliseren - kristalliseer dat maar eens even lekker uit, ja.
  • synergie - wacht even…. *kots*
  • stip op de horizon - en het wordt erger!
  • kruisbestuiving - oké, hier moet het echt stoppen.

5. De Engelsmannen

Jawel dames, ook een vrouw is “Engelsman”, dus je komt er weer niet onderuit. Dit zijn waarschijnlijk de meest gebruikte jeukende kantoortermen van allemaal, onder mannen en vrouwen. Dikke vette grote kans dus, dat jij je hier schuldig aan maakt. Geen zorgen, erkenning blijft de eerste stap!

Een paar pareltjes, via de Koningin der Jeukwoorden Japke-d. Bouma (we love you, Japke):

  • Lean - ”We moeten met een lean-bril naar de werkomgeving kijken.”
  • Agile - “Ons bedrijf is tegenwoordig volledig agile.”
  • Key - “Content is key in dit project.”
  • Scope - “De functionele scope van het IT-landschap is enorm.”
  • Go  - ”Is er al een go gegeven voor dat participatietraject?”
  • Core business  - “Veiligheid is onze core business.”
  • Rocket science  - “Werken met dit systeem is geen rocket science, maar je moet het even weten.”
  • Call  - “Ik ga alvast naar beneden, want ik heb om 13:00 uur een call met New York.”
  • Pitchen  - “Als iedereen tijdens de meeting een paar goede ideeën kan pitchen?”
  • Say  - “Ik zou hier graag ook nog een say in hebben.”
  • On hold  - “Laten we dat project maar even on hold zetten.”
  • Commitment  - “We zoeken een nieuwe werknemer met dat stukje extra commitment.”
  • Follow-up - “Wanneer plannen we de follow-up van dat proces?”

Maar ook:

  • Meeting - “Check even in bij die meeting van half vier, Joost.”
  • Heads up - “Had je me niet even een heads up kunnen geven van tevoren?”

6. De viezeriken

Eh, “nee”:

  • Kan ik dit even tegen je aanhouden?
  • Kunnen we even een lijntje leggen?
  • Heb jij de hands-on mentaliteit die we in ons team zoeken?

7.  De afkorter

Omdat het blijkbaar erg moeilijk of tijdrovend is om woorden compleet uit te spreken, zijn er de welbekende kantoortermen afkortingen. Voor de vluggerds! Totaal onnodig natuurlijk. Wat dacht je bijvoorbeeld van de:

  • vrijmibo - leuk event, slechte naam.
  • prio - riteit, 1 seconde langer!
  • bila - als je met z’n 2en overlegt.
  • trila - als je met z’n 3en overlegt.
  • stavaza - stand van zaken. Ieuw.
  • preso - presentatie, erg lang woord.

Bila, trila, tralala. Dit waren zo ongeveer de meest voorkomende jeukwoorden van kantoor- en kantoortermen. Om nog maar niet te spreken van de allerergste, volgens verschillende onderzoeken. Oké, spreken we toch even over.

De allerergste, volgens onderzoek:

  • “Mensen in hun kracht zetten”, kwam uit de bus als anti-lievelings van NRC lezers in hun Ergste Jeukwoord Verkiezing, samen met “uit je comfortzone”, “de constante dialoog”, “passie” en “professional”.
  • “We nemen het mee”, is officieel als ergste term bestempeld na kantoorwoord-onderzoek van het AD en het Instituut Nederlandse Taal.  

En geef nou eens toe. Je moét bij bovenstaande termen bijna wel een paar zijn tegengekomen die je zelf ook gebruikt, en zéker een aantal die je (regelmatig) hoort op kantoor, toch?

Mooi. Dat was de eerste stap.

De tweede: het plan van aanpak, voor een betere wereld zonder jeukende kantoortermen. Oké, minder jeukende kantoortermen. Want die dingen krijg je er waarschijnlijk nog niet uit geslagen. (Al mag je het nog steeds proberen, met je print-uit-en-wapper-je-collega-om-de-oren vrijbrief.)

Gebruik je kantoor en marketing termen béter 

Hoe irritant die kantoor en marketing termen ook zijn: een complete banning is niet nodig, hoor. Ook niet realistisch. En eigenlijk mag er zelfs wel een pleidooi gegeven worden voor de marketing termen (vaak toch de ergsten) onder de kantoortermen. Want ze zijn van origine wel degelijk ergens goed voor. Ze betekenen zelfs iets!

Als marketing mensen onderling het woord “lean” gebruiken bijvoorbeeld, en hun organisatie of team werkt daadwerkelijk volgens de lean methode, dan mag dat natuurlijk. Het woord wordt namelijk in de juiste context gebruikt, en men kent de betekenis.

Bovendien komt deze term komt nu eenmaal uit de Engelse taal, niks aan te doen. We kunnen het wel verbeten gaan vertalen naar het Nederlands, maar “mager” of “schraal werken” in plaats van “lean werken” klinkt ook weer zo… Nee.

4 voorwaarden voor gebruik

“Lean” mag, “Agile” mag, “scope” (uit het “scrummen”) mag, de hele kantoor en marketing termen bups mag, op 4 voorwaarden:

  • je kent de betekenis
  • je gebruikt het in de juiste context
  • iedereen in de ruimte kent de betekenis en context
  • en er is geen logisch Nederlands alternatief

Gebruik ze in dit geval dus gerust zonder bang te zijn als Engelsman of blater over te komen.

Blaters daarentegen, gebruikers van loze en context-loze woorden, die moeten gewoon verboden worden. Weet je niet (precies) waar je het over hebt, of weet degene tegenover je het niet - een glazig kijkende collega of klant - doe het dan niet. Hou die zogenaamd indrukwekkende termen voor je, en spreek in gewoon logisch Nederlands.

Gewoon even een heads up, om koers te houden in je volgende meeting.

En ben je eigenlijk best wel gehecht aan kantoortermen? Dan raden we aan ze eens naar het Limburgs te vertalen. Wordt het jeukgehalte een stuk minder van, garanderen we. Check onze kantoortermen vertaald naar het Limburgs hier!

Excited?

Ons eerste gesprek is sowieso vrijblijvend - en we garanderen dat je op z’n minst met flink wat inspiratie op zak wegloopt. Zin in koffie?